woensdag, maart 21, 2007

21 03 07 | Shitty marketing

Carnaval is alweer een maand voorbij, maar één ding is bij velen toch blijven hangen: shitty marketing. Juist ja, de cynische, humoristische maar bovenal in al zijn eenvoud dodelijk effectieve variant op citymarketing, waarmee Tempeleer Jan Janssen tijdens de sleuteloverdracht op 17 februari in het stadhuis dat zo veel gepredikte begrip vakkundig naar de prullenmand verwees.

Tot verdriet van de mensen die dit beleid achter de schermen professioneel vorm en richting proberen te geven. Ook al konden ze misschien in eerste instantie nog lachen om de carnavalsspeech van ‘oppertoeker’ Janssen, de gevolgen zijn funest. Niemand in de stad spreekt nog over citymarketing, maar over het met een negatieve connotatie gepaard gaande shitty marketing.

Maar laten we eerlijk zijn. Janssen heeft niks misdaan. Had hij soms ongelijk dat hij Leers en de zijnen verweet dat de tiende boog (de onderdoorgang van de Servaasbrug die in oude glorie wordt hersteld om een wandelpromenade mogelijk te maken) een regelrechte aanfluiting is omdat toeristen en Maastrichtenaren al ruim twee jaar kampen met de gevolgen van een opgebroken brug?

Nee, zeker niet, want een slechtere reclame bestaat bijna niet. Die vreselijk lelijke houten noodbrug is het tegenovergestelde van alles wat citymarketing betoogt te zijn. Terecht vroeg zich Janssen zich dus met een knipoog af wat precies het effect is van dat beleid. Een vraag die je zo langzamerhand serieus moet opwerpen.

Met trillende knieën zitten de citymarketeers achter de schrijftafel. Alles wat ze vanaf nu bedenken moet wel héél goed zijn om de Maastrichtenaar die shitty marketing in zijn hoofd heeft zitten, nog op andere gedachten te brengen. Tot op heden is het verhaal erachter te zwak en onduidelijk gebleken. Zie het al eerder gememoreerde misverstand over cultuur.

Het ‘nieuws’ waar Theaterdirecteur Guido Wevers deze week mee naar buiten kwam, moet dan ook vooral gezien worden als een handreiking naar de Maastrichtse cultuurwereld en niet zo zeer als volgende stap in het citymarketingplan van de gemeente Maastricht. Al zullen de bedenkers dat uiteraard betwisten.

Vanaf september 2007 moet een achttal festivals, pakweg om de maand à anderhalve maand geprogrammeerd, Maastricht op de cultuurkaart zetten. “De identiteit van Maastricht uittekenen, noemt Wevers dat. Het gaat dan om evenementen als Musica Sacra, de Nederlandse Dansdagen, een festival dat nauw gelieerd is aan Winterland, een nieuw toneelfestival, Jazz Maastricht tijdens de Tefaf en een groot jeugdfestival.

Verrassend en vernieuwend is het nauwelijks, of het ten opzichte van andere steden onderscheidend genoeg is, mag worden betwijfeld. Er komt iets meer structuur in, dat wel. Een verdienste van Wevers, dat ook. Maar vooral niet te veel partijen voor het hoofd stoten, lijkt op dit moment het motto. Laten blijken dat iedereen die iets voorstelt in Maastricht serieus wordt genomen.

Niet te radicaal, niet te gek, niet te vooruitstrevend. Op die manier lukt het nooit om het ingedutte beleid dat citymarketing heet weer smoel te geven.